Herfstgevoel
Het is al aardig donker, nog maar weinig lampjes branden in de laan. Regendruppels vallen van de bomen, net als een aantal bladeren. De eerste kastanjes heb ik al bewonderd, want het is herfst in Bloemendaal. Vanuit mijn bovenwoning kan ik alles goed volgen. De hardwerkende overburen, de lieve tante van de ijssalon op haar super hoge hakken, de overload aan auto’s die gerepareerd moeten worden bij de garage onder mij, snel fietsende moeders, hardlopers op de straat vanwege de boomstronken op de stoep en de toestroom naar het gezellige café ’t Hemeltje waar ik vlakbij woon. Dit alles voorzien van sjaals, capuchons, regenkleding, paraplu’s, veelal haastige blikken, opgetrokken wenkbrauwen en gekromde ruggen als beschutting tegen de wind.
Mijn herfstgevoel is er ineens. Vanuit het niets kwam het tevoorschijn. Voor mijn gevoel heb ik een stadium gemist, de nazomer, maar dat kan aan mij liggen. Graag bereid ik mij voor op een nieuw seizoen, dat vind ik fijn en dat heb ik nodig. Kaarsjes aansteken, gordijnen dicht, parasol in de kelder, winterkleren in de kast, plaids tevoorschijn toveren, verwarming testen, chocomelk inslaan, maillots en lange laarzen uit de doos halen. Ik heb tijd nodig voor een overgang, het maakt niet uit wat voor een overgang. Graag gun ik mijzelf die tijd, dat lukt me tegenwoordig ook. Dat is heerlijk, want het schept ruimte voor genot. Alles kent zijn tijd, maar heeft ook echt zijn tijd nodig.
Mijn tijd komt nu, dat voel ik. De hobbels blijven nog even, maar ik zal ze overwinnen. Ik voel mij sterker worden in alle onzekerheden en tegenslagen die er nog zijn en ben best trots op mijzelf dat ik zover ben gekomen, dat het goed met me gaat. De mindfulnessfactoren hebben mij veel wijsheid gebracht: geduld, vertrouwen, niet streven, niet oordelen, loslaten, niet streven en acceptatie. Ik heb er nog dagelijks mee te maken. Het is vooral de mildheid naar mijzelf toe die mij eerder in de weg heeft gestaan.
Dat is niet meer, want ik houd van mijzelf. Ik heb hard geknokt en dat eenvoudigweg door het ‘niet doen.’ Door keihard tegen die muur te lopen waar je liever omheen loopt. Door knopen door te hakken waar je nachtenlang van wakker ligt. Het stemmetje in mij heb ik gehoord, met alle ellende van dien.
Een boel tranen lopen als een twinkeling van mooie zeepbellen door mijn leven. Ellendig, maar tegenwoordig ook zo mooi, verrijkend en vooral een opening naar genieten. Mijn milde houding brengt mij ver en doet mij goed. Ik ben oké zoals ik ben. Ik heb echt een veel mooier leven dan voorheen. Die stomme burn-out had ik niet willen missen.
Herfst, ik vind je mooi. Ik houd van je warmte, je kleuren, je gezelligheid, maar ook van je tijdelijkheid.